Dutch
Detailed Translations for verongelukken from Dutch to Swedish
verongelukken:
-
verongelukken
Conjugations for verongelukken:
o.t.t.
- verongeluk
- verongelukt
- verongelukt
- verongelukken
- verongelukken
- verongelukken
o.v.t.
- verongelukte
- verongelukte
- verongelukte
- verongelukten
- verongelukten
- verongelukten
v.t.t.
- ben verongelukt
- bent verongelukt
- is verongelukt
- zijn verongelukt
- zijn verongelukt
- zijn verongelukt
v.v.t.
- was verongelukt
- was verongelukt
- was verongelukt
- waren verongelukt
- waren verongelukt
- waren verongelukt
o.t.t.t.
- zal verongelukken
- zult verongelukken
- zal verongelukken
- zullen verongelukken
- zullen verongelukken
- zullen verongelukken
o.v.t.t.
- zou verongelukken
- zou verongelukken
- zou verongelukken
- zouden verongelukken
- zouden verongelukken
- zouden verongelukken
diversen
- verongeluk!
- verongelukt!
- verongelukt
- verongelukkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for verongelukken:
Verb | Related Translations | Other Translations |
förolyckas | verongelukken | |
krascha | verongelukken | crashen; knallen; vastlopen |
skrälla | verongelukken | |
vara förlorad | verongelukken | verdwaald zijn |
Wiktionary Translations for verongelukken:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verongelukken | → förgås | ↔ périr — prendre fin ; cesser d’être. |
External Machine Translations: