Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. vereren:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for vereren from Dutch to Swedish

vereren:

vereren verb (vereer, vereert, vereerde, vereerden, vereerd)

  1. vereren (zich lovend uitlaten; loven; prijzen; roemen)
    högt värdera någon; lovprisa någon

Conjugations for vereren:

o.t.t.
  1. vereer
  2. vereert
  3. vereert
  4. vereren
  5. vereren
  6. vereren
o.v.t.
  1. vereerde
  2. vereerde
  3. vereerde
  4. vereerden
  5. vereerden
  6. vereerden
v.t.t.
  1. heb vereerd
  2. hebt vereerd
  3. heeft vereerd
  4. hebben vereerd
  5. hebben vereerd
  6. hebben vereerd
v.v.t.
  1. had vereerd
  2. had vereerd
  3. had vereerd
  4. hadden vereerd
  5. hadden vereerd
  6. hadden vereerd
o.t.t.t.
  1. zal vereren
  2. zult vereren
  3. zal vereren
  4. zullen vereren
  5. zullen vereren
  6. zullen vereren
o.v.t.t.
  1. zou vereren
  2. zou vereren
  3. zou vereren
  4. zouden vereren
  5. zouden vereren
  6. zouden vereren
en verder
  1. ben vereerd
  2. bent vereerd
  3. is vereerd
  4. zijn vereerd
  5. zijn vereerd
  6. zijn vereerd
diversen
  1. vereer!
  2. vereert!
  3. vereerd
  4. vererend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for vereren:

VerbRelated TranslationsOther Translations
högt värdera någon loven; prijzen; roemen; vereren; zich lovend uitlaten
lovprisa någon loven; prijzen; roemen; vereren; zich lovend uitlaten

Wiktionary Translations for vereren:


Cross Translation:
FromToVia
vereren dyrka; tillbe worship — to honor and adore, especially as a deity
vereren hedra; ära honorerrendre honneur et respect.
vereren förära; tillbedja idolâtreraimer avec excès quelqu’un ou quelque chose.
vereren förära; tillbedja vénérer — Rendre un culte à un dieu, à un saint ou à des choses saintes ou sacrées ; adorer.