Summary
Dutch to Swedish: more detail...
- zich:
- tot zich nemen:
-
Wiktionary:
- zich → lägga sig i, representera, personifiera, klara sig, trampa i klaveret, besluta, resolvera, sig
Dutch
Detailed Translations for zich from Dutch to Swedish
zich:
Translation Matrix for zich:
Other | Related Translations | Other Translations |
ensjälv | zich; zichzelf |
Related Definitions for "zich":
Wiktionary Translations for zich:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• zich | → lägga sig i | ↔ butt in — join conversation |
• zich | → representera; personifiera | ↔ epitomize — be an epitome |
• zich | → klara sig | ↔ get along — survive; to do well enough |
• zich | → trampa i klaveret | ↔ put one's foot in one's mouth — misspeak; say something embarrassing or wrong |
• zich | → besluta; resolvera | ↔ resolve — make a firm decision |
• zich | → sig | ↔ sich — Reflexivpronomen der dritten Person Singular |
• zich | → sig | ↔ sich — Reflexivpronomen der dritten Person Plural |
zich form of tot zich nemen:
tot zich nemen verb (neem mij tot zich, neemt je tot zich, neemt zich tot zich, zich, je, zich tot zich genomen)
-
tot zich nemen (verorberen; consumeren; vreten; bunkeren; nuttigen; naar binnen werken; bikken; zitten proppen; schransen; tegoed doen; eten; opeten; schrokken)
-
tot zich nemen (nuttigen; eten; consumeren; gebruiken; opeten; verorberen; oppeuzelen)
Conjugations for tot zich nemen:
o.t.t.
- neem mij tot zich
- neemt je tot zich
- neemt zich tot zich
- nemen ons tot zich
- nemen ons tot zich
- nemen ons tot zich
o.v.t.
- me
- je
- zich
- ons
- je
- zich
v.t.t.
- ben mij tot zich genomen
- bent je tot zich genomen
- is zich tot zich genomen
- zijn ons tot zich genomen
- zijn je tot zich genomen
- zijn zich tot zich genomen
v.v.t.
- was mij tot zich genomen
- was je tot zich genomen
- was zich tot zich genomen
- waren ons tot zich genomen
- waren je tot zich genomen
- waren zich tot zich genomen
o.t.t.t.
- zal mij zich nemen
- zult je zich nemen
- zal zich zich nemen
- zullen ons zich nemen
- zullen je zich nemen
- zullen zich zich nemen
o.v.t.t.
- zou mij zich nemen
- zou je zich nemen
- zou zich zich nemen
- zouden ons zich nemen
- zouden je zich nemen
- zouden zich zich nemen
diversen
- neem je tot zich!
- neemt u tot zich!
- tot zich genomen
- tot zich nemend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for tot zich nemen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
få något att äta | consumeren; eten; gebruiken; nuttigen; opeten; oppeuzelen; tot zich nemen; verorberen | |
förbruka | bikken; bunkeren; consumeren; eten; naar binnen werken; nuttigen; opeten; schransen; schrokken; tegoed doen; tot zich nemen; verorberen; vreten; zitten proppen | doorjagen; opmaken; verbruiken; verdoen; verspillen; wegslijten |
konsumera | bikken; bunkeren; consumeren; eten; naar binnen werken; nuttigen; opeten; schransen; schrokken; tegoed doen; tot zich nemen; verorberen; vreten; zitten proppen | consumeren; gebruiken; opeten; opvreten; uitgeven voor een maaltijd; verbruiken; verteren; vreten |