Summary
Dutch
Detailed Translations for aangezicht from Dutch to Swedish
aangezicht:
Translation Matrix for aangezicht:
Noun | Related Translations | Other Translations |
anlete | aangezicht; gelaat; gezicht | |
anseende | aangezicht; gelaat; gezicht | aanzien; achtbaarheid; achting; faam; naam; niveau; prestige; reputatie; roep; status |
ansikte | aangezicht; gelaat; gezicht | facie; gevel; pui; voorgevel; voorzijde |
framsida | aangezicht; front; voorkant; voorzijde | front; gevelbreedte; vooraanzicht; voorkanten |
framträdande | aangezicht; aanzien; buitenkant; gedaante; gelaat; iemand zijn uiterlijk; type; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm | aanblik; comparatie; indringerigheid; verschijning; verschijningsvorm |
utseende | aangezicht; gelaat; gezicht | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
framträdande | invloedrijk; vooraanstaand |