Summary
Dutch
Detailed Translations for beweeglijkheid from Dutch to Swedish
beweeglijkheid:
-
de beweeglijkheid (levendigheid)
-
de beweeglijkheid (ongedurigheid)
Translation Matrix for beweeglijkheid:
Noun | Related Translations | Other Translations |
livlighet | beweeglijkheid; levendigheid; ongedurigheid | dartelheid; drukte; kwiekheid; levendigheid; opgewektheid; speelsheid; vrolijkheid |
rörlighet | beweeglijkheid; levendigheid | |
snabbhet | beweeglijkheid; levendigheid | gezwindheid; rapheid; rapiditeit; schielijkheid; snelheid; tempo; vaart; vlotheid; vlugheid |
Related Words for "beweeglijkheid":
beweeglijk:
Translation Matrix for beweeglijk:
Noun | Related Translations | Other Translations |
livlig | pittigheid | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
dynamisk | actief; beweeglijk; dynamisch; energiek; levendig | |
dynamiskt | actief; beweeglijk; dynamisch; energiek; levendig | |
energiskt | actief; beweeglijk; dynamisch; energiek; levendig | doortastend; drastisch; energiek; ferm; geanimeerd; krachtdadig; krachtig; levendig; sterk; vief; vol energie; vol fut |
livlig | actief; beweeglijk; dynamisch; energiek; levendig | dartel; energiek; geanimeerd; levendig; speels; verhit; vief; vol fut; vurig |
livligt | actief; beweeglijk; dynamisch; energiek; levendig | aangenaam; blij; blijmoedig; dartel; energiek; geanimeerd; levendig; levenslustig; monter; opgetogen; opgewekt; plezierig; speels; tierig; verhit; vief; vol fut; vrolijk; vurig |
Related Words for "beweeglijk":
Wiktionary Translations for beweeglijk:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• beweeglijk | → smidig; vig | ↔ agile — having the faculty of quick motion in the limbs |
• beweeglijk | → mobil; flyttbar; rörlig | ↔ mobile — capable of being moved |
• beweeglijk | → rörlig | ↔ beweglich — in der Lage, sich zu bewegen[1] oder bewegt[1] zu werden |
• beweeglijk | → föränderlig | ↔ mobile — Qui se meut ou qui peut être mû, qui n’est pas fixe. (Sens général). |
External Machine Translations: