Dutch
Detailed Translations for invoelen from Dutch to Swedish
invoelen:
Conjugations for invoelen:
o.t.t.
- voel in
- voelt in
- voelt in
- voelen in
- voelen in
- voelen in
o.v.t.
- voelde in
- voelde in
- voelde in
- voelden in
- voelden in
- voelden in
v.t.t.
- heb ingevoeld
- hebt ingevoeld
- heeft ingevoeld
- hebben ingevoeld
- hebben ingevoeld
- hebben ingevoeld
v.v.t.
- had ingevoeld
- had ingevoeld
- had ingevoeld
- hadden ingevoeld
- hadden ingevoeld
- hadden ingevoeld
o.t.t.t.
- zal invoelen
- zult invoelen
- zal invoelen
- zullen invoelen
- zullen invoelen
- zullen invoelen
o.v.t.t.
- zou invoelen
- zou invoelen
- zou invoelen
- zouden invoelen
- zouden invoelen
- zouden invoelen
diversen
- voel in!
- voelt in!
- ingevoeld
- invoelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for invoelen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
hysa sympati för | inleven; invoelen; meeleven; voelen | |
sympatisera | inleven; invoelen; meeleven; voelen | ideologie delen; medeleven; meeleven; sympathiseren |