Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. kalken:


Dutch

Detailed Translations for kalkend from Dutch to Swedish

kalkend form of kalken:

kalken verb (kalk, kalkt, kalkte, kalkten, gekalkt)

  1. kalken (kladden)
    klottra; rita krumelurer
    • klottra verb (klottrar, klottrade, klottrat)
    • rita krumelurer verb (ritar krumelurer, ritade krumelurer, ritat krumelurer)
  2. kalken (pennen; schrijven)
    skriva; klottra; skriva ner
    • skriva verb (skriver, skrev, skrivit)
    • klottra verb (klottrar, klottrade, klottrat)
    • skriva ner verb (skriver ner, skrev ner, skrivit ner)
  3. kalken (witten; sausen)
    vitkalka
    • vitkalka verb (vitkalkar, vitkalkade, vitkalkat)

Conjugations for kalken:

o.t.t.
  1. kalk
  2. kalkt
  3. kalkt
  4. kalken
  5. kalken
  6. kalken
o.v.t.
  1. kalkte
  2. kalkte
  3. kalkte
  4. kalkten
  5. kalkten
  6. kalkten
v.t.t.
  1. heb gekalkt
  2. hebt gekalkt
  3. heeft gekalkt
  4. hebben gekalkt
  5. hebben gekalkt
  6. hebben gekalkt
v.v.t.
  1. had gekalkt
  2. had gekalkt
  3. had gekalkt
  4. hadden gekalkt
  5. hadden gekalkt
  6. hadden gekalkt
o.t.t.t.
  1. zal kalken
  2. zult kalken
  3. zal kalken
  4. zullen kalken
  5. zullen kalken
  6. zullen kalken
o.v.t.t.
  1. zou kalken
  2. zou kalken
  3. zou kalken
  4. zouden kalken
  5. zouden kalken
  6. zouden kalken
diversen
  1. kalk!
  2. kalkt!
  3. gekalkt
  4. kalkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for kalken:

VerbRelated TranslationsOther Translations
klottra kalken; kladden; pennen; schrijven krabbelen
rita krumelurer kalken; kladden
skriva kalken; pennen; schrijven corresponderen; een briefwisseling hebben; op papier zetten; schrijven; typen
skriva ner kalken; pennen; schrijven aantekenen; boeken; boekstaven; noteren; notuleren; op schrift stellen; opschrijven; optekenen; registreren; te boek stellen; vastleggen
vitkalka kalken; sausen; witten

Related Words for "kalken":