Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. matrijs:


Dutch

Detailed Translations for matrijs from Dutch to Swedish

matrijs:

matrijs [de ~] noun

  1. de matrijs (gietvorm; mal; modelvorm; vorm)
    gjutform; form; matrix
  2. de matrijs (matrix)
    gjutform; matrix

Translation Matrix for matrijs:

NounRelated TranslationsOther Translations
form gietvorm; mal; matrijs; modelvorm; vorm conditie; figuur; gedaante; gestalte; in vorm zijn; lichaamspostuur; postuur; shape; verschijning; vorm
gjutform gietvorm; mal; matrijs; matrix; modelvorm; vorm drukvorm; gietmal; moedervorm; vorm
matrix gietvorm; mal; matrijs; matrix; modelvorm; vorm drukvorm

Related Words for "matrijs":

  • matrijzen