Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. obligatoir:


Dutch

Detailed Translations for obligatoir from Dutch to Swedish

obligatoir:

obligatoir adj

  1. obligatoir (verplicht; obligaat; vereist)

Translation Matrix for obligatoir:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
obligatoriskt obligaat; obligatoir; vereist; verplicht reglementair
tvungen obligaat; obligatoir; vereist; verplicht gedwongen; geforceerd; onvrijwillig; verplicht
tvunget obligaat; obligatoir; vereist; verplicht gebonden; gedwongen; geforceerd; niet vrij; onvrijwillig; verplicht

Related Words for "obligatoir":

  • obligatoire