Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. onvriendelijkheid:
  2. onvriendelijk:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for onvriendelijkheid from Dutch to Swedish

onvriendelijkheid:

onvriendelijkheid [de ~ (v)] noun

  1. de onvriendelijkheid (onhartelijkheid)

Translation Matrix for onvriendelijkheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
ovänlighet onhartelijkheid; onvriendelijkheid

Related Words for "onvriendelijkheid":


onvriendelijk:


Translation Matrix for onvriendelijk:

NounRelated TranslationsOther Translations
oartig onbeleefdheid
ModifierRelated TranslationsOther Translations
kärt bits; kattig; onvriendelijk; pinnig; snauwerig; snibbig; spinnig; vinnig bevallig; geliefkoosd; gestreeld uit liefde; lief; verkikkerd; verliefd; weledele
kärv bits; kattig; onvriendelijk; pinnig; snauwerig; snibbig; spinnig; vinnig emotieloos; gevoelloos; hard; hardvochtig; harteloos; liefdeloos; ongevoelig; zielloos
oartig onaardig; onhartelijk; onhebbelijk; onverdraagzaam; onvriendelijk; onwelwillend onbeleefd; ongemanierd
oartigt onaardig; onhartelijk; onhebbelijk; onverdraagzaam; onvriendelijk; onwelwillend boers; hufterig; lomp; onbehoorlijk; onbehouwen; onbeleefd; onbeschaafd; onbeschoft; ongemanierd; onhoffelijk
ohyfsad onhebbelijk; onvriendelijk bedoezeld; groezelig; grof; laag-bij-de-grond; lomp; morsig; onbeleefd; ongelikt; ongemanierd; plat; platvloers; schunnig; smoezelig; viezig; vunzig
ohyfsat onaardig; onhartelijk; onhebbelijk; onverdraagzaam; onvriendelijk; onwelwillend bedoezeld; groezelig; grof; laag-bij-de-grond; lomp; morsig; onbeleefd; ongelikt; ongemanierd; plat; platvloers; schunnig; smoezelig; viezig; vunzig
ohövlig onaardig; onhartelijk; onhebbelijk; onverdraagzaam; onvriendelijk; onwelwillend
ohövligt onaardig; onhartelijk; onhebbelijk; onverdraagzaam; onvriendelijk; onwelwillend onbeleefd; ongelikt; ongemanierd
otrevligt onaardig; onhartelijk; onhebbelijk; onverdraagzaam; onvriendelijk; onwelwillend afstotend; gemeen; hinderlijk; lastig; lelijk; lelijk uitziend; min; naar; onaangenaam; onaantrekkelijk; ongelegen; onplezierig; onverkwikkelijk; slecht; storend; vals

Related Words for "onvriendelijk":

  • onvriendelijkheid, onvriendelijker, onvriendelijkere, onvriendelijkst, onvriendelijkste, onvriendelijke

Wiktionary Translations for onvriendelijk:


Cross Translation:
FromToVia
onvriendelijk ovänlig; snäsig bougon — (familier, fr) Qui a tendance à bougonner.
onvriendelijk ovänlig; snäsig grognon — Qui grogner. — usage N’a pas de féminin quand il s’applique aux personnes.
onvriendelijk förtretlig; oangenäm; obehaglig; otrevlig; ovänlig; snäsig maussade — D’humeur chagrin ; sombre ; ombrageux ; morose ; renfrogné.
onvriendelijk ovänlig; snäsig quinteux — Qui est fantasque, qui est sujet à des quintes, à des accès de mauvaise humeur.