Dutch
Detailed Translations for opleider from Dutch to Swedish
opleider:
-
de opleider (instructeur; leermeester; oefenmeester)
Translation Matrix for opleider:
Noun | Related Translations | Other Translations |
instruktör | instructeur; leermeester; oefenmeester; opleider | coach; docent; instructeur; leerkracht; leermeester; leraar; leraar op basisschool; meester; oefenmeester; onderwijzer; pedant; schoolmeester |
lärare | instructeur; leermeester; oefenmeester; opleider | docent; docenten; instructeur; leerkracht; leermeester; leraar; leraar op basisschool; leraren; magister; meester; meesters; onderwijskracht; onderwijzer; onderwijzers; opleidster; opvoeder; opvoeders; opvoedster; pedant; schoolmeester; schoolmeesters; vrouwelijke opvoeder |
tränare | instructeur; leermeester; oefenmeester; opleider | coach; instructeurs; leermeesters; oefenmeester; trainer |