Dutch
Detailed Translations for rotten from Dutch to Swedish
rotten:
Conjugations for rotten:
o.t.t.
- rot
- rot
- rot
- rotten
- rotten
- rotten
o.v.t.
- rotte
- rotte
- rotte
- rotten
- rotten
- rotten
v.t.t.
- ben gerot
- bent gerot
- is gerot
- zijn gerot
- zijn gerot
- zijn gerot
v.v.t.
- was gerot
- was gerot
- was gerot
- waren gerot
- waren gerot
- waren gerot
o.t.t.t.
- zal rotten
- zult rotten
- zal rotten
- zullen rotten
- zullen rotten
- zullen rotten
o.v.t.t.
- zou rotten
- zou rotten
- zou rotten
- zouden rotten
- zouden rotten
- zouden rotten
en verder
- heeft gerot
- hebben gerot
diversen
- rot!
- rot!
- gerot
- rottend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for rotten:
Verb | Related Translations | Other Translations |
förfalla | bederven; rotten; vergaan; verrotten; wegrotten | afnemen; afrotten; bouwvallig worden; brokkelen; dalen; declineren; kruimelen; minder worden; minderen; ongeldig worden; tanen; teruggaan; vergaan; verkommeren; verminderen; vermolmen; vervallen |
ruttna | bederven; ontbinden; rotten; vergaan; verrotten; verteren; wegrotten | afrotten; in staat van ontbinding zijn; liggen rotten |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
ruttna | bedorven; rot; rottig; slecht; vergaan; verrot |
External Machine Translations: