Summary
Dutch to Swedish: more detail...
- verschijnen:
-
Wiktionary:
- verschijnen → framträda, komma i ljuset, komma i dagen, dyka upp, synas, visa sig
Dutch
Detailed Translations for verschijnen from Dutch to Swedish
verschijnen:
-
verschijnen (aan het licht komen; voordoen; voor de dag komen)
-
verschijnen (opdagen; opkomen; opduiken)
Conjugations for verschijnen:
o.t.t.
- verschijn
- verschijnt
- verschijnt
- verschijnen
- verschijnen
- verschijnen
o.v.t.
- verscheen
- verscheen
- verscheen
- verschenen
- verschenen
- verschenen
v.t.t.
- ben verschenen
- bent verschenen
- is verschenen
- zijn verschenen
- zijn verschenen
- zijn verschenen
v.v.t.
- was verschenen
- was verschenen
- was verschenen
- waren verschenen
- waren verschenen
- waren verschenen
o.t.t.t.
- zal verschijnen
- zult verschijnen
- zal verschijnen
- zullen verschijnen
- zullen verschijnen
- zullen verschijnen
o.v.t.t.
- zou verschijnen
- zou verschijnen
- zou verschijnen
- zouden verschijnen
- zouden verschijnen
- zouden verschijnen
diversen
- verschijn!
- verschijnt!
- verschenen
- verschijnend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for verschijnen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
framträda | verschijnen | |
lysa upp | lichter worden; oplichten | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
framträda | ontspinnen; oprijzen; rijzen; tevoorschijnkomen; zichtbaar worden | |
komma fram | opdagen; opduiken; opkomen; verschijnen | tevoorschijn komen; tevoorschijnkomen |
lysa upp | aan het licht komen; verschijnen; voor de dag komen; voordoen | aansteken; aanstrijken; beschijnen; doen ontvlammen; opvrolijken; verlichten |
synas | opdagen; opduiken; opkomen; verschijnen | de schijn van iets hebben; schijnen; zichtbaar worden |
- | uitkomen |
Synonyms for "verschijnen":
Antonyms for "verschijnen":
Related Definitions for "verschijnen":
Wiktionary Translations for verschijnen:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verschijnen | → framträda; komma i ljuset; komma i dagen; dyka upp | ↔ appear — To come or be in sight; to be in view; to become visible |
• verschijnen | → dyka upp | ↔ crop up — to occur |
• verschijnen | → synas; visa sig | ↔ apparaitre — Devenir visible, se manifester. (Sens général). |
• verschijnen | → synas; visa sig | ↔ apparaître — Devenir visible ; se manifester. |