Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. voorhuis:


Dutch

Detailed Translations for voorhuis from Dutch to Swedish

voorhuis:

voorhuis [het ~] noun

  1. het voorhuis
    hall; ingång; entré

Translation Matrix for voorhuis:

NounRelated TranslationsOther Translations
entré voorhuis binnenkomst; entree; intocht; intrede
hall voorhuis entree; entreehal; grote kamer; hal; narthex; portaal; vestibule; voorhal; voorportaal; zaal
ingång voorhuis entree; ingang; inkomst; inlaat; inrit; invaart; oprijlaan; oprit; poort; toegang; toegangspoort; toetreding

Related Words for "voorhuis":

  • voorhuizen