Swedish
Detailed Translations for handläggning from Swedish to Dutch
handläggning: (*Using Word and Sentence Splitter)
- hand: hand; poot; klauw; jat; knuist; handje
- läggning: karakter; aard; geaardheid; temperament; inborst; gemoedsgesteldheid; gemoedsaard
- hända: gebeuren; plaats vinden; geschieden; plaats hebben; voorkomen; zich voordoen; verlopen; vervallen; aflopen; tot stand komen; voorbijgaan; vergaan; verstrijken; toegaan
Wiktionary Translations for handläggning:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• handläggning | → bewerking | ↔ Bearbeitung — Verwaltung: Behandlung eines bürokratischen Vorgangs |